Skip to main content

Afgelopen woensdag debatteerde de Tweede Kamer over Netcongestie en de Energie-infrastructuur. Energy Storage NL heeft in haar brief voor het debat gewezen naar het belang van een energieopslagdoel om daarmee meer te sturen op de ontwikkeling van opslag in Nederland en ook zekerheid te bieden richting marktpartijen, netbeheerders en overheden over de gewenste richting voor de ontwikkeling van opslag in het toekomstige energiesysteem.

Vragen vanuit Tweede Kamer over Energieopslagdoel

Eerder deze week werd vanuit de Routekaart Energieopslag ook al gerefereerd aan een nationaal flexibiliteits- en opslagdoel. Nederland moet vanuit de Europese Unie (EU) namelijk vanaf 2026 iedere 3 jaar verslag uitbrengen over het behalen van een nationaal doel voor energieopslag. Dat doel wordt voorlopig echter nog niet vastgelegd in de Routekaart Energieopslag.

Vandaar dat Kamerlid Grinwis (CU) de minister tijdens het debat bevroeg over de positie van het kabinet rondom het creëren van een opslagdoel, ook verwijzend naar de Europese afspraken. De minister gaf aan dat er inderdaad momenteel geen doel staat vastgelegd in de routekaart Energieopslag. Dit omdat opslag voor het kabinet één van de vormen is om flexibiliteit te organiseren en daarmee niet een doel op zich is. Wel gaf de minister aan dat flexibiliteit in een toekomstig energiesysteem belangrijk is en dat ze ziet dat energieopslag snelle ontwikkelingen doormaakt zoals de daling van de batterijprijs en het vergroten van de opslagcapaciteit, waardoor de minister het belangrijk vindt om deze ontwikkeling goed te monitoren. Na aandringen van Kamerlid Grinwis heeft de minister uiteindelijk toegezegd dat de minister op een rij gaat zetten wat de Europese verordening aan Nederland vraagt en wat daarbij de plussen en minnen zijn van een opslagdoelstelling. En dat op basis van de weging daarover een besluit wordt gemaakt.

Rol opslag bij netcongestie

Energy Storage NL heeft daarnaast samen met Netbeheer Nederland duidelijk gemaakt dat batterijopslag ook afnamecongestie kan verminderen. Kamerlid Grinwis (CU) vroeg daarom of de minister op verschillende netvlakken in kaart kan brengen waar opslag congestie kan verminderen. De minister gaf aan reeds aan de netbeheerders te hebben gevraagd waar is opslag nodig is om congestie te verminderen. Wanneer daar een beeld van is gevormd kan er met decentrale overheden het gesprek worden aangegaan hoe de ruimtelijke inpassing kan worden georganiseerd.

Kamerlid Kröger (Groenlinks-PvdA) vroeg de minister hoe opslag in SDE++ beschikbaar kan worden voor energiegemeenschappen om te investeren in bijvoorbeeld buurtbatterijen, daar zal de minister nog apart op terugkomen.